×

NEEM CONTACT OP

Druk op rem

Startpagina >  Blogs >  Technische Documenten >  Druk op rem

Een praktische handleiding voor het bedienen van de E21-persbreuk

Dec.24.2025

Een praktische handleiding voor het bedienen van de E21-persbreuk

Om de E21-persbreuk te bedienen, begint u met het invoeren van de vereiste buigparameters in het besturingssysteem. Zodra het materiaal correct is gepositioneerd en vastgezet, kunt u de buigcyclus starten, waarbij u zich houdt aan alle standaard veiligheidsprotocollen. Voor consistente, hoogwaardige resultaten is het essentieel om regelmatig onderhoud uit te voeren en gereedschappen regelmatig te inspecteren.

Voor een gedetailleerde stap-voor-stap-uitleg van het volledige proces, gaat u naar de complete bedieningshandleiding hieronder.

image1

E21 Systeem: Een introductie

De E21 is een gespecialiseerd regelsysteem dat specifiek is ontworpen voor ponsbanksystemen. Het biedt een optimale balans tussen prestaties en kosten-efficiëntie, verlaagt aanzienlijk de totale machinekosten en behoudt tegelijkertijd precisie binnen de vereiste industriële normen.

Belangrijke kenmerken van het E21-systeem zijn:

  • Het hoogdefinitie LCD-scherm ondersteunt tweetalig Chinees en Engels, en toont programmeerparameters op één pagina, waardoor programmeren sneller en gemakkelijker wordt.

  • Intelligente positionering van de X- en Y-asssen ondersteunt handmatige aanpassing, waardoor mechanische handpositioneerapparaten overbodig worden.

  • Ingebouwde functies voor instelling van drukbehoudstijd en lossingsvertraging maken het bedienen eenvoudiger en verlagen de kosten.

  • eénklikfunctie voor back-up en herstel van parameters, waarmee parameters op elk gewenst moment kunnen worden hersteld, wat de onderhoudskosten verlaagt. Ondersteunt meervoudige programmeerstappen om productie-efficiëntie en bewerkingsnauwkeurigheid te verbeteren.

  • Alle knoppen op het paneel zijn microschakelaars en zijn streng getest op EMC, hoge en lage temperatuur, trillingen, etc. om de stabiliteit en levensduur van het product te waarborgen.

  • CE-certificering ondersteunt buitenlandse markten.

De functies van de paneelknoppen worden beschreven in Tabel.

image2

Enkele interface

De E21-controller gebruikt een 160*160 puntmatrix LCD-display. Het weergavegebied wordt hieronder weergegeven.

image3

Titelbalk: toont relevante informatie over de huidige pagina, zoals de naam, enz.

Parameterweergavegebied: toont parameternaam, parameterwaarde en systeeminformatie.

Statusbalk: weergavegebied van invoer informatie en meldingen, enz.

De uitleg van afkortingen op deze pagina is zoals weergegeven in Tabel.

X: De huidige achtergrondpositie

Y: De huidige schuifpositie

XP: De gewenste backgauge-positie

YP: De gewenste schuifpositie

DX: Backgauge intrekuafstand

HT: Vasthoudvertraging

DLY: Intrekvertraging

PP: Voorinstelling werkstuk

CP: Huidig werkstuk

Eenstapsprogrammering

De E21 heeft twee programmeermethoden, namelijk eenstapsprogrammering en meervoudige programmering. Gebruikers kunnen de programmering instellen op basis van de daadwerkelijke behoefte.

Eenstapsprogrammering wordt over het algemeen gebruikt voor het verwerken van één enkele stap om de bewerking van het werkstuk af te ronden. Wanneer de controller wordt ingeschakeld, gaat deze automatisch naar de eenstapsprogrammepagina.

Bedieningsstappen

Stap 1 Na het opstarten gaat het apparaat automatisch naar de instelpagina van het eenstapsprogramma.

Stap 2 Druk op selecteer parameter die ingesteld moet worden, druk op de cijfertoets om de programmewaarde in te voeren, druk om de invoer te voltooien.

Stap 3 Druk op het systeem zal volgens dit programma uitvoeren.

Meerstapsprogrammering

Een meerstapsprogramma wordt gebruikt voor de bewerking van een enkel werkstuk met verschillende bewerkingsstappen, waardoor opeenvolgende uitvoering van meerdere stappen mogelijk is en de verwerkingsefficiëntie wordt verbeterd.

Bedieningsstappen

Stap 1 Zet het apparaat aan, het toestel geeft automatisch de pagina met eenstapsparameters weer.

Stap 2 Druk op schakel naar de pagina voor programma-beheer, schakel naar de pagina voor programma-beheer.

Stap 3 Druk op selecteer het programmasequentienummer, of voer direct het programmnummer in, bijvoorbeeld invoeren “1”.

Stap 4 Druk op om naar de instelpagina voor meerstapsprogramma’s te gaan.

Stap 5 Druk op selecteer de meerstapsprogrammeerparameter die ingesteld moet worden, voer de instelwaarde in, druk op en de instelling wordt toegepast.

Stap 6 Na het voltooien van de instelling, druk op om naar de pagina voor stap-parameters te gaan.

Stap 7 Druk op selecteren om de parameter in te stellen die ingesteld moet worden, voer de programmawaarde in, druk op en de instelling wordt toegepast.

Stap 8 Druk op om tussen stappen over te schakelen. Als de huidige stap de eerste stap is, druk dan op om naar de laatste pagina van de stapparameterinstelling te gaan; als de huidige stap de laatste is, druk dan op om naar de eerste pagina van de stapparameterinstelling te gaan.

Stap 9 Druk op, het systeem zal volgens dit programma werken.

Parameterinstelling

Gebruikers kunnen alle parameters instellen die nodig zijn voor de normale werking van het systeem, inclusief systeemparameter, X-asparameter en Y-asparameter.

Stap 1 Op de pagina Programmabeheer, druk op om naar de pagina Programmeerconstante te gaan. Op deze pagina kan de programmeerconstante worden ingesteld.

Stap 2 Het bereik van de instelling van de programmeerconstante staat weergegeven in Tabel

Stap 3 Voer wachtwoord "1212" in, druk op om naar de Leerpagina te gaan.

Stap 4 Stel de parameter in, het instelbereik van de parameter staat weergegeven in Tabel.

image13

Stap 5 Druk op, keer terug naar de pagina Programmeerconstante.

Alarm

Het apparaat kan automatisch interne of externe afwijkingen detecteren en een alarmmelding verzenden. De alarmmelding is beschikbaar op de alarmlijst.

Stap 1 Ga naar de programmabeheerpagina en druk om naar de programmeerconstante pagina te gaan.

Stap 2 Ga op de programmeerconstante pagina naar de pagina 'Alarmgeschiedenis' om de volledige alarmgeschiedenis te bekijken. De laatste 6 alarmen, alarmnummers en oorzaken kunnen op deze pagina worden weergegeven.

Veelvoorkomende storingen en probleemoplossing

1. Controller wordt niet ingeschakeld / Geen weergave

Foutverschijnselen:

Het scherm is leeg.

Geen indicatielampjes zijn aan.

Mogelijke oorzaken en probleemoplossing:

C1: Probleem met hoofdvoedingsbron.

Controleer: Zorg ervoor dat de hoofdschakelaar van de machine AAN staat.

Controleer: Zorg dat de hoofdvoedingskabel is aangesloten en dat de spanning correct is.

C2: Machinedeur/veiligheidsbeugel open.

Controleer: Zorg dat alle elektrische kastdeuren en veiligheidsbeugels goed gesloten zijn. Veel machines hebben veiligheidsvergrendelingen die opstarten voorkomen.

C3: Zekering doorgebrand.

Controleer: Controleer de hoofdzekeringen in de elektrische kast van de machine.

C4: Defecte voedingseenheid.

Controleer: De interne gelijkstroomvoeding (bijv. 24 V DC) voor de besturing kan defect zijn. Dit vereist een gekwalificeerde elektricien.

2. Assen (Y1, Y2, X, R) bewegen niet of geven 'volgfout'/'asfout' weer.

Foutverschijnselen:

As reageert niet op handmatige commando's.

De besturing geeft een foutmelding over asaandrijving of volgfout.

Een zijde (Y1 of Y2) is lager/hoger dan de andere (uit synchronisatie).

Mogelijke oorzaken en probleemoplossing:

C1: Servoaandrijving / versterkerfout.

Controleer: Zoek naar een foutcode op de servoversterker zelf (meestal geplaatst in het elektrische kastje). Raadpleeg de handleiding van de fabrikant van de versterker.

Actie: Reset de fout door de machine uit en weer aan te zetten. Als de fout blijft bestaan, noteer dan de foutcode voor technische ondersteuning.

C2: Probleem met encoder / terugkoppelkabel.

Controleer: Controleer de encoderkabels die zijn aangesloten op de achterzijde van de servomotoren op beschadiging of losse verbindingen.

C3: Mechanische verstopping.

Controleer: Controleer handmatig of de slider (Y-as) of de anslag (X-as) vrij kan bewegen. Er kan sprake zijn van een mechanische blokkering.

C4: Motorrem ingeschakeld.

Controleer: De rem van de servomotor (met name op de Y-as) is mogelijk niet vrijgekomen. U kunt een brommend geluid van de motor horen, maar er is geen beweging.

3. "As niet geherleid" of "Stel referentie in" fout

Foutverschijnselen:

De machine kan geen cyclus starten.

De besturing vraagt om een herleidingsprocedure.

Mogelijke oorzaken en probleemoplossing:

C1: Machine was uitgeschakeld.

Actie: Dit is een standaardprocedure. U moet de "Referentie" of "Nulterugkeer"-bewerking uitvoeren nadat de machine is ingeschakeld. Ga naar het handmatige scherm en voer de referentiecyclus uit voor alle assen.

C2: Fout bij referentieschakelaar / naderingssensor.

Controleer: De sensor die de beginpositie detecteert, kan vuil zijn, verkeerd uitgelijnd of defect. Dit vereist vaak een technicus.

4. Alarm "Overbelasting" of "Hoge druk"

Foutverschijnselen:

Alarm treedt op tijdens de buigcyclus, vaak vlakbij het eindpunt.

Mogelijke oorzaken en probleemoplossing:

C1: Onjuiste tonnage (druk) instelling.

Controleer: De geprogrammeerde buigdruk is te hoog voor het materiaal of de machinecapaciteit. Beoordeel en verlaag de drukinstelling in het programma.

C2: Onjuiste matrijzenkeuze.

Controleer: Het gebruik van een V-matrijs die te klein is voor de materiaaldikte vereist overdreven kracht. Controleer of de V-matrijsopening correct is voor het materiaal (doorgaans: V-opening = 8 x Materiaaldikte).

C3: Buigen buiten de machinecapaciteit.

Controleer: U probeert mogelijk een materiaal te buigen dat te dik of te lang is voor de genormeerde capaciteit van de machine.

5. Inconstante buighoek

Foutverschijnselen:

De buighoek varieert van onderdeel tot onderdeel, zelfs met hetzelfde programma.

Mogelijke oorzaken en probleemoplossing:

C1: Materiaalvariaties.

Controleer: Inconstante materiaaldikte, hardheid of korrelrichting kunnen hoekafwijkingen veroorzaken. Controleer de materiaalcertificaten.

C2: Versleten of onjuiste gereedschappen.

Controle: Controleer de stans en mal op slijtage of beschadiging. Zorg ervoor dat de juiste gereedschappen worden gebruikt voor de gespecificeerde hoek.

C3: Ontbreken van compensatie voor doorbuiging.

Actie: Bij het buigen van lange platen kan de machinebed doorbuigen. Gebruik de functie "Doorbuigcompensatie" (handmatig of automatisch) om deze doorbuiging te compenseren. Herkalibreer indien nodig.

C4: Onstabiel hydraulisch systeem.

Controle: Een laag niveau van hydraulische olie, vuile olie of een defecte klep kan drukonstabiliteit veroorzaken. Controleer het oliepeil en de temperatuur.

6. Achtersteun (X, R, Z) bereikt de positie niet of is onnauwkeurig

Foutverschijnselen:

De achtersteun stopt op de verkeerde positie of trilt bij het stoppen.

Mogelijke oorzaken en probleemoplossing:

C1: Mechanische blokkering of misuitlijning.

Controle: Zoek naar spanen, vuil of bramen op de rails en schroeven van de achtersteun. Reinig en smeermiddel de geleidingen.

C2: Losse koppeling of aandrijfriem.

Controleer: De koppeling tussen de servomotor en de spindel, of de aandrijfriem (indien van toepassing), kan los zijn.

C3: Speling.

Actie: Na verloop van tijd kan mechanische slijtage speling veroorzaken. De besturing heeft vaak een instelling "Spelingscompensatie" die door een technicus kan worden aangepast.

Algemene probleemoplossingsstroomdiagram

1. Noteer het exacte foutbericht op het E21-scherm.

2. Raadpleeg de handleiding van de machinefabrikant. Deze bevat de meest specifieke foutcodes en procedures.

3. Voer een eenvoudige reset uit: Zet de machine volledig uit, wacht 10 seconden en schakel hem weer in.

4. Controleer op voor de hand liggende problemen: Losse kabels, uitgeschakelde zekeringen, laag hydraulisch oliepeil, ongebruikelijke geluiden.

5. Isoleer het probleem: Bepaal of het gaat om een besturingsprobleem (besturing, programmering), elektrisch probleem (motor, aandrijving, sensor) of mechanisch probleem (verklemde as, versleten gereedschap).

6. Neem contact op met technische ondersteuning: Als het probleem na basiscontroles niet is opgelost, geef dan het exacte foutbericht en de stappen die u al hebt genomen.

Onthoud: Alleen gekwalificeerd personeel mag interne elektrische reparaties uitvoeren.


email goToTop